Met de fiets naar het station en dan met de trein naar de stad. Daar wacht de deelfiets voor die laatste kilometer naar het werk. Hoppen, heet dat. Heb jij het Hoppinpunt in jouw buurt al gevonden?
De auto in voor een ontspannen ritje naar het werk? We weten intussen wel beter: opgejaagd en vol filestress kom je te laat aan, en ’s avonds wacht je dezelfde helse rit terug naar huis. Dat kan anders. Met Hoppin wil de Vlaamse overheid ons laten nadenken over onze verplaatsingen en laten kiezen voor duurzame vervoermiddelen. “Mensen maken meestal functionele keuzes voor hun vervoer en verplaatsingen. Eens die keuze gemaakt is, kan ze een automatisme worden. Om de stap te zetten naar meer duurzame verplaatsingen – de zogenaamde modal shift – moeten mensen dus ook anders beginnen denken. Dat is de mental shift die nodig is”, zegt Filip Boelaert, secretaris-generaal bij het Departement Mobiliteit en Openbare Werken (MOW).
De doelstelling van deze mobiliteitsvisie? Een stijging van het aantal verplaatsingen met duurzame vervoermiddelen tot 40%, en zelfs 50% in de Vlaamse rand, Gent en Antwerpen. Naast het streven om tegen 2040 30% van de verplaatsingen met de fiets te doen. Uit het Onderzoek Verplaatsingsgedrag van het Departement MOW blijkt dat dit cijfer vandaag op 18% ligt – het hoogste percentage sinds de start van het onderzoek in 1994. Verplaatsingen te voet liggen nu op 17%, een mooie stijging van 5% ten opzichte van 2019.
Hoppinpunten
Naast een voldoende groot aanbod, veilige toegankelijke infrastructuur en financiële maatregelen, speelt de inrichting van Hoppinpunten een belangrijke rol. “Een Hoppinpunt is een plaats in je stad of dorp waar verschillende vervoermiddelen samenkomen en op elkaar afgestemd zijn’, vertelt Filip. ‘Zoals de trein, tram, bus, je eigen fiets, maar ook deelwagens en deelfietsen. Je herkent een Hoppinpunt aan een zuil met bovenaan het paarsgroene Hoppinlogo. Op die zuil vind je informatie over de beschikbare mobiliteitsdiensten op dat punt. Er is altijd een fietsenstalling, en soms ook extra diensten als een pakjesautomaat, bagagelockers of een fietsherstelzuil.’
De locatie van elk Hoppinpunt is bepaald in samenspraak met het lokale bestuur van de plek waar het Hoppinpunt zich bevindt. Samen met de partners in de vervoerregio is gezocht naar de interessantste vervoerknooppunten. Zo komen de Hoppinpunten op de meest geschikte plekken voor de reizigers.
Meer deelfietsen en -wagens
Stopt er geen bus, trein of tram in jouw buurt of op jouw bestemming? Dan kan een deelfiets of -wagen een oplossing zijn om de eerste of laatste kilometers af te leggen. Ook als je maar af en toe een fiets of wagen nodig hebt, is een deelsysteem een prima alternatief. Denk aan aanbieders als Cambio autodelen, of de deelfietsen van Blue-bike. Goed voor het milieu én je portemonnee.
‘Deelmobiliteit is een essentiële schakel in het Hoppinverhaal. Dit jaar komen er in Vlaanderen dan ook nog heel wat deelsystemen bij. De vervoerregio’s kiezen de strategische plaatsen daarvoor, en selecteren de aanbieders om deelfietsen of -auto’s te voorzien aan bepaalde Hoppinpunten. Ze krijgen daarvoor dan subsidies van de Vlaamse overheid. De vervoerregio’s Kortrijk, Waasland en Mechelen sloten elk al een overeenkomst met een aanbieder van deelfietsen. De vervoerregio’s Aalst en Vlaamse Ardennen zetten in op deelwagens.’
Altijd in de buurt
Op de Hoppin.be vind je een kaart met gerealiseerde Hoppinpunten en de locaties die nu al overstapmogelijkheden bieden en zullen omgevormd worden tot een Hoppinpunt. Voor elk punt zie je ook welke diensten ter plekke te vinden zijn. Vanop de website kun je doorklikken naar aanbieders van die diensten, bijvoorbeeld om een deelwagen te reserveren.
