Vijftigduizend kilometer. Dat is een rondje om de wereld en daarna nóg een eind. Dat fietste Dirk Huyghe bij elkaar tijdens de vier edities van de Sun Trip. Een wereldrecord! Sterke benen, sterk hoofd en twee zonnepanelen. Een straf verhaal over de fiets en de zon.
Dirk Huyghe is een buitenmens die van avontuur houdt. “Als rijkswachter leerde ik op de tanden bijten en met mensen omgaan. Tijdens mijn loopbaan trainde ik al hard, zowel fysiek als mentaal. Dat heb je allemaal nodig om een tocht van meer dan 10 000 km te fietsen.”
Vier Sun Trips
Als boswachter wandelt Dirk wekelijks een paar keer een vast parcours door ‘zijn’ bos. “Ik fiets ook, geen honderden kilometers per week, maar wel bijna elke dag. In Gent vervoer ik mindervalide mensen met de fietsriksja, elektrisch ondersteund, dat wel, maar toch pittig. Dat is eveneens training.”
Op grote fietsreizen begint hij eerst rustig, om ritme op te doen. Het gaat immers om enorme afstanden, hij heeft veel gewicht mee en bij momenten gaat de route over bijzonder slechte wegen. Dirks vriend Raf Van Hulle experimenteerde in 2011 al met een fiets die door zonne-energie ondersteund wordt. Dat vond Dirk het ei van Columbus.
In 2013 ging de eerste editie van de Sun Trip door, een individuele fietstocht op een e-bike ondersteund door zonnepanelen, van Chambéry naar Astana. Latere trips gingen van Milaan naar Cappadocië en terug, en van Lyon naar China; de vierde, in 2021, bleef vanwege covid in Europa, maar bedroeg toch ook 11 400 km. Dirk reed ze als enige alle vier. Zijn tochten vertrokken allemaal in Gent, aan zijn voordeur.
Robuuste fiets
De Santos-fiets van Dirk is een stevige e-bike. Je hebt de fiets, de batterij en de motor; daar komt een omvormer bij en zonnepaneeltjes. “Ik ben technisch niet enorm onderlegd, maar weet bij storingen wel waar de delicate puntjes zijn. De trailer is een eigen constructie. Eerst lagen de twee panelen boven elkaar, maar dan krijg je tijdens het fietsen slechts de opbrengst van één paneel. Voor de Sun Trip naar China maakte ik een trailer met twee panelen die voortdurend openstaan en dus continu kunnen laden.”
Bij veel zon kun je dan lekker blijven fietsen, maar dat is niet alle dagen het geval. Na twee dagen slecht weer is de batterij leeg. Niet aangenaam, want je haalt dan nog amper 15 km per uur. Tijdens een Sun Trip mogen de deelnemers hun batterij niet opladen via het elektriciteitsnet. “Bij het afdalen van een col rem ik dan af op de motor. De remrecuperator stuurt de energie terug naar de batterij. Op het stuur staan een standaarddisplay en een scherm, waarop ik de opbrengst van mijn zonnepanelen kan zien.”
Soms verbruikt Dirk te veel, soms spaart hij. “Mijn hydraulische remmen verslijten niet. Het Pinion-versnellingsapparaat schakelt supergemakkelijk tussen achttien versnellingen en de zonnepanelen kan ik kantelen om zoveel mogelijke energie op te vangen. Een triatlonstuur helpt om een beetje comfortabel te zitten, als je tot tien uur per dag fietst.”
Achter de wolken
Soms is het superzwaar: 2700 km door de steppen van Kazachstan, het niemandsland waar de ruimteschepen landen, is werkelijk verschrikkelijk. “Je ziet ‘s ochtends een lange weg tot aan de horizon en ‘s avonds nog steeds, en dat dagen na elkaar.”
Eens in China is het gedaan met internet. “Je verliest het contact met thuis en wordt twee, drie keer per dag door de politie gecontroleerd. Dan vraag je je af: wat doe ik hier eigenlijk? In Rusland moest ik na een brand mijn trailer achterlaten. Zonder ondersteuning fietste ik nog duizend kilometer verder naar Kazachstan.”
“Ook door Russen ben ik meermaals geholpen. Ik geloof in de goedheid van mensen.”
De 35 kg bagage maakte dat verschrikkelijk lastig. “Daar kon ik dan wel een nieuwe batterij oppikken. Op een bepaald moment gaven de panelen echter te weinig energie. Een cel werkte slecht en dat verzwakt de keten. Toevallig ontmoette ik een Rus die ingenieur was; met een ijzerdraadje heeft hij een soort bypass gemaakt. Toen werkte alles weer.”
Man zonder plan
Dirk wil vooral van de natuur genieten en contact leggen met de mensen. “Ik plan niets en heb geen vaste reisweg. Ik weet welke richting ik uit moet en begin te rijden, soms 170 km, soms bijna 300 km. Tegen valavond bekijk ik waar ik wil overnachten. Als ik iemand zie, knoop ik een gesprekje aan. Soms vraag ik water voor mijn drinkbussen. Dan pols ik of er in de buurt een plek is om te overnachten.”
Soms lukt dat niet. Dan gaat Dirk wildkamperen. “Dat mag niet altijd, maar ik steek me goed weg en vertrek de volgende ochtend in alle vroegte. Ik stoor niemand, laat nooit vuil achter, kook niet, maak geen licht of vuur.” In de Kazachse steppe stond er midden in de nacht wel plots een auto voor zijn tent met de grootlichten aan.
“Na tegenslag volgt altijd iets goeds, daar moet je van uitgaan, of je houdt het niet vol.”
“Twee mannen stapten uit, weer in, weer uit en ten slotte weer in, en toen reden ze weg. Ik heb geen oog meer dichtgedaan. Hetzelfde deed zich eens in een ondergrondse parkeergarage voor. Een andere keer werd ik wakker van luid geknor. Ik dacht dat het mijn eigen gesnurk was, maar de volgende ochtend krioelde het van de everzwijnensporen rond mijn tent.”
Ieder voor zich
Op zo’n Sun Trip is het echt ieder voor zich. Neem een goede verzekering en zoek het verder maar uit. “Bij pech moet je zelf oplossingen zoeken,” weet Dirk. “Vanuit de organisatie krijg je een gps-spot mee, wat je toch het gevoel geeft dat je samen met anderen met hetzelfde bezig bent.”
In Kazachstan werd zijn gps door een paar jonge kerels gestolen. “Ik merkte het 40 km verderop pas. Ik had geen enkel contact meer met de organisatie. Rechtsomkeer dan maar. Met de hulp van een oud vrouwtje kreeg ik hem weer terug. Oude mensen hebben daar nog autoriteit over de kinderen…”
In Servië ontdekte Dirk na 170 km dat hij zijn internationaal paspoort was vergeten in een pensionnetje. In een klein caféetje zat een groep mensen. Een daarvan leende hem een jeep met chauffeur. “We gingen het ophalen en ‘s avonds moest ik blijven eten, op hun kosten. Dat soort belevenissen is toch gewoon fantastisch!”
Tot tranen toe
Vrachtwagens razen langs je heen, jij als kleine fietser moet altijd plooien. Levensgevaarlijk. In de Oostbloklanden komt daar nog de drank bij. “Ik logeerde eens bij een supervriendelijke vrachtwagenchauffeur. Zijn ontbijt bestond uit een eitje en drie wodka’s. Onderweg happen verwilderde honden naar je kuiten en soms zijn de temperaturen bijna ondraaglijk, aan het Aralmeer in Kazachstan en de Gobiwoestijn in China tot bijna vijftig graden.”
Op weg naar China had Dirk niet minder dan veertig lekke banden. Dat kwam door de heel fijne ijzerdraadjes van autobanden. “De binnenbanden hingen vol met plakkers en je kon je vingers bijna door die buitenbanden steken. Als je er uiteindelijk in slaagt om aan te komen, dan geeft je dat een geweldig geluksmoment, tot tranen toe.”
“Met de fiets ben je snel genoeg om veel te zien en traag genoeg om alles in je op te nemen.”
Dirk heeft een brand gehad, een mini-tornado, een hagelstorm. In een bushokje of onder een klein afdakje moeten schuilen maakt je doodongelukkig. “In Italië zat ik eens, helemaal onderkoeld, onder een kleine bunker. Weer heeft een vriendelijk iemand toen mee naar een oplossing gezocht. Ik mocht in de pastorij slapen, lekker droog en alle gerief onder dak.”
In het straatbeeld
De Santos-fiets van Dirk kost zonder motor rond de 6000 euro, met motor 9000 euro. “Na twee trips heb ik wel nog geen enkele herstelling moeten uitvoeren,” benadrukt Dirk. “Eerst was deelnemen betrekkelijk goedkoop, maar nu betaal je daar toch ook al 1500 euro voor. De aanhangwagen bouwde ik samen met enkele goede vrienden.”
De zonnepanelen zijn ook niet goedkoop: twee stuks van 1000 euro. De reis zelf, wildkamperen, bij mensen overnachten… is niet zo duur. Af en toe koopt Dirk onderweg wat eten en als hij een restaurantje passeert, stapt hij daar wel eens binnen. “We willen tonen dat je met een e-bike in combinatie met zonnepanelen geweldige afstanden kunt afleggen.”
Een kameraad van Dirk fietste al in twee dagen van Mechelen naar Zwitserland. “Op een dag komt de overslag naar dagelijks gebruik,” denkt Dirk, luidop filosoferend over de toekomst. “Nu is de constructie nog log, maar in de toekomst krijg je een fiets met twee of drie kleinere panelen. Die plooi je dan open op je werk en ‘s avonds is je batterij opgeladen. Weer een fiets minder op het netwerk, elektriciteit rechtstreeks van de zon, je hebt je eigen energiecentrale bij je.”